ZIJN VADER NOEMDEN ZE DE ‘OLIESJEIK’ EN DAT IS OOK ZIJN BIJNAAM. MAAR DE KANS BESTAAT DAT MARTIN VAN EIJK OVER EEN TIJDJE BEKENDSTAAT ALS DE ‘HERBERGIER’ OF ‘WAARD’. SAMEN MET ZIJN VROUW BIANCA EN ENVIEM IS VAN EIJK BEZIG MET HET OPZETTEN VAN EEN MOBILITY HUB MET ONDER MEER EEN EETGELEGENHEID EN EEN HOTEL LANGS DE A12, OP DE PLEK WAAR BP EXPRESS WAARDER STAAT.

Martin en Bianca van Eijk hopen dat de bouw over ongeveer een jaar van start gaat en dat de hub voor het einde van 2025 opengaat. “We noemen het voorlopig een mobility hub, maar die naam dekt de lading niet voldoende”, zegt Martin. “Het wordt eigenlijk een moderne uitvoering van de herbergen van vroeger”, geeft Bianca aan. “Daar kon je overnachten, eten en drinken en je paarden laten rusten en verzorgen. Wij bieden dat straks ook – en nog een aantal andere services – maar dan voor de automobilist. Dus een herberg moderne stijl, waar we nog een goede omschrijving en naam voor zoeken.” Die punten mogen dan nog openstaan, verder is het plan grotendeels compleet. Martin en Bianca illustreren dat met een aantal tekeningen van het architectenbureau dat zij in de arm namen, XS architecten. “Het onbemande tankstation dat er nu staat, naast de A12 bij de afrit Nieuwerbrug – Waarder, wordt sterk uitgebreid en krijgt onder meer snelladers”, vertelt Martin. “Ook verschuift het station een stukje in oostelijke richting. Daarnaast komt een gebouw van drie lagen. Het bovenste deel krijgt een hotelfunctie. Daar komen acht kamers waarmee wij ons richten op de zakelijke reiziger. Op eerste verdieping komen vergaderruimtes en flexwerkplekken en op de begane grond de shop, het horecagedeelte en eveneens wat plekken om te werken. Daar weer naast komt een gedeelte met vijf of zes wasboxen en een rollover, voldoende ruimte om te parkeren en plekken met ‘gewone’ opladers, dus geen snelladers, voor elektrische auto’s.”

Stoeppompje
“Het is een veelomvattend plan op een oppervlakte (6.500 m²) die twee keer zo groot is als die van de huidige locatie”, zegt Bianca, terwijl ze naar de tekeningen tuurt, “maar daarmee zijn we er nog niet. Ook gaan we deelmobiliteit in de vorm van auto’s en scooters aanbieden, zouden we graag zien dat de nabijgelegen bushalte verplaatst wordt naar ons terrein en denken we na over huurfietsen. De locatie ligt midden in het Groene Hart en het bij toeristen populaire Oudewater ligt er op fietsafstand vandaan.” Het plan om iets te gaan doen met het onbemande tankstation bij het dorpje Waarder ontstond in de coronatijd. “Eigenlijk al iets daarvoor, maar in het eerste coronajaar heb ik de ideeën die ik in mijn hoofd had verder uitgewerkt en ben ik serieus met het plan aan de slag ge gaan”, legt Martin uit. “Het tankstation is eigendom van mijn zus Marieke en mij. Enviem exploiteert de locatie al vanaf de opening in 2007. Mijn opa is ooit begonnen met het langs de deuren gaan met petroleum in Waarder. Dat groeide uit tot een oliehandel aan huis met een stoeppompje ervoor. Mijn vader nam de zaak later over en stond in het dorp be – kend als de ‘oliesjeik’. Met een bord bij de pomp speelde hij daar op een ludieke manier op in. ‘Tank je rijk bij de oliesjeik’ stond daarop. Het was kleinschalig allemaal. Als het mooi weer was, zat mijn vader vaak in een strandstoel in de tuin te wachten tot er klanten kwamen die hij dan be – diende. Dat zag ik mij later niet doen, dus interesse om de zaak over te nemen had ik vroeger niet. De benzinepomp stond midden in het dorp, langs wat toen de doorgaande weg was. Op een gegeven moment is er een rondweg om het dorp gekomen. Gelukkig zijn mijn ouders vroeg begonnen met de lobby om pomp te mogen verplaatsen naar e en plek langs de nieuwe weg. Het duurde acht jaar voordat die toestemming kwam. Het stoeppompje sloot in 2004. Dat was voor mijn vader een goed moment om te stoppen. Mijn zus en ik namen het bedrijf en de concessie van de gemeente om op een andere plek in Waarder een tankstation te openen toen over.” Martin en Bianca van Eijk met hun zoons Joris (links) en Pepijn. MoveON magazine 8 Luifelpraat Bouwplannen BP Waarder

De poort van Waarder
Die nieuwe plek werd gevonden bij de op- en afrit van de A12. Martin: “Bij de aanleg daarvan zei mijn opa al, hoorde ik van mijn vader: ‘Daar zou je een tankstation moeten hebben.’ Jaren later is dat dus gelukt. We besloten te kiezen voor een onbemand station. Dat was in die tijd nog in opkomst en daarom best wel een beetje een risico. We gingen met Enviem in zee als exploitant en vanaf dag één was het een succes.” Hoewel hij ervoor koos om niet zelf het tankstation uit te baten, ging Martin qua loopbaan wel de petrol richting op. Zo was hij onder andere salesmanager bij Lekkerland en commercieel manager bij Enviem. “Toen ik de tweede helft van de veertig naderde, ik ben nu 47, begon ik steeds meer na te denken over wat ik in mijn werkende leven nog graag zou willen doen. Ook over het toekomstbestendig maken van het familiebedrijf kreeg ik zo mijn gedachten. Zo is het idee van de mobility hub/herberg ontstaan. Zo’n groot project oppakken en een tanklocatie en shop helemaal naar eigen inzicht inrichten, leek mij helemaal geweldig. Daarnaast zou het familiebedrijf daarmee ook op de lange termijn succesvol kunnen blijven. De coronaperiode bood de mogelijkheid om dat plan uit te werken. Omdat het project te groot werd voor mij alleen vroeg ik Bianca of zij dit samen me mij wilde gaan doen en daarop zei zij ‘ja’. Ook Enviem is als exploitant nauw bij het project betrokken. Al in het voorjaar van 2020 heb ik een architect in de arm genomen en het plan voorgelegd aan de verantwoordelijke wethouder van de gemeente Bodegraven-Reeuwijk, waar Waarder onder valt. Die reageerde meteen enthousiast. De situatie zoals die nu is rond het tankstation is niet heel aantrekkelijk. Helemaal als het donker is. De gemeente heeft al plannen om de entree van het dorp– ‘De poort van Waarder’ – aan te pakken en daar sluit ons project mooi op aan.”

Oneigenlijk gebruik
“Eind vorig jaar heeft het college van B en W het groene licht gegeven”, zegt Bianca. “Tussen het eerste contact met de wethouder en de goedkeuring zat een behoorlijke tijd. Dat heeft met alle procedures te maken en ook omdat een hotel deel uitmaakt van de plannen. De gemeente vreesde voor oneigenlijk gebruik daarvan. Dat de kamers voor prostitutie gebruikt zouden worden. Het kostte veel tijd om de gemeente ervan te overtuigen dat met het juiste toezicht de kans daarop minimaal is. Ook het feit dat wij daar zelf op gaan toezien als uitbaters stelde de gemeente uiteindelijk gerust. Het plan ligt nu ter inzage en er kunnen nog bezwaren op binnenkomen. Daar zullen we dan mee aan de slag moeten en in maart of april besluit de gemeenteraad erover. Er is brede steun voor het plan dus bang dat de gemeenteraad het afschiet zijn we niet. Dan kunnen we beginnen aan het vergunningentraject en zoals Martin aangaf, hopen we begin volgend jaar met de bouw te starten. Wat dat betreft is het nu een beetje de stilte voor de storm. De komende tijd houden we ons onder meer bezig met het invullen van de details en de inrichting van wat in ambtelijke taal het ‘voorzieningengebouw’ heet. Met het gebruik van veel hout en een groen dak krijgt dat pand een uitstraling die goed past in de landelijke omgeving waar het komt te staan. Naast het groene dak komen er verschillende andere duurzaamheidsvoorzieningen, zoals zonnepanelen, en ook zijn we bezig met een windmolen.”

Te trappelen
“We kunnen bijna niet wachten om te beginnen”, geeft Martin enthousiast aan. “We hebben er enorm veel zin in om hier een succes van te maken. Bang om niet voldoende klanten te trekken zijn we niet. Het tankstation wordt nu al druk bezocht en door de hoogte van het pand valt het vanaf de A12 goed op – dat was oorspronkelijk ook de reden waarom we hebben ingezet op een gebouw van twee verdiepingen. Ook ons oudste zoon, hij is 15, staat te trappelen. Hij heeft allemaal plannen en ideeën en wil graag meehelpen straks. Dat vinden wij hartstikke leuk en wie weet zetten hij en zijn broertje het familiebedrijf op termijn wel voort. Daar valt nu nog niks over te zeggen natuurlijk, maar je weet maar nooit. Wat ze dan eventueel overnemen, ja, daar moeten we nog een goede naam voor verzinnen. En dat geldt dus ook voor de bedrijfsnaam. We denken erover om daar een prijsvraag voor uit te schrijven en misschien hebben de lezers van Move On ook wel ideeën. Die kunnen zij mailen naar martinesvaneijk@gmail.com.”