EEN GOED LOPEND BEDRIJF; CHECK. OPVOLGING; CHECK. EEN TOEKOMSTVISIE; CHECK. JACKIJ AERS (59) VAN AERS OLIE EN AERS ENERGY HEEFT HET ALLEMAAL. HIJ STOOMT HET BIJNA HONDERD JAAR OUDE BEDRIJF KLAAR VOOR DE TOEKOMST EN BEWEEGT VAN EEN TRADITIONELE OLIEHANDEL NAAR ENERGIEBEDRIJF DAT LAADPALEN EN STROOM FACILITEERT VOOR ONDER MEER DE VAKANTIEPARKEN VAN ROOMPOT IN EUROPA. “NU DOE IK 700.000 KW, VOLGEND JAAR 2 MILJOEN.”

Niets wijst erop dat Aers Olie in transitie zit. De vaten olie staan hoog opgestapeld in het magazijn van het hoofdkantoor in het Zeeuwse Draaiburg. “Recent nog hebben we een smeerolietak opgezet binnen ons bedrijf, daar was veel vraag naar. En als er vraag is, speel ik erop in. Ik wil een totaalpakket leveren en klanten volledig ontzorgen”, aldus Aers. Maar de toekomst ligt in de brandstof en smeerolie? Aers denkt dat het voorlopig en-en is. “Kijk, fossiele brandstoffen gaan zeker nog wel dertig jaar mee. Maar het wordt wel steeds iets minder, daarom moet je niet stilstaan en moet je plannen maken. Ik neem mijn zoons Davey van 17 en Youri van 19 daarin ook mee, ze willen het bedrijf straks overnemen. Heel belangrijk dus, ik spar veel met ze.”

Honderd jaar geleden

Het mag duidelijk zijn, Aers denkt goed na over de toekomst van zijn bedrijf. Dat hebben de voorvaderen van Aers ook altijd gedaan. Opa Aers begon bijna honderd jaar geleden als petroleumboer, inmiddels heeft het bedrijf 15 medewerkers, een hoofkantoor, zeven tankstations en is Aers Olie hoofdhandelaar van Esso- en Mobil-producten. “De kern? Het totaalpakket, maar ook de service. We hebben een hoofkantoor, zodat we snel kunnen leveren. Soms dezelfde dag nog. Klanten mogen namelijk niet zonder zitten. En we kiezen onvoorwaardelijk voor kwaliteit. Dat wordt ook nog weleens onderschat, de kwaliteit van brandstoffen verschilt erg. Ik heb bijvoorbeeld nooit last van filterblokking bij de opslagtanks, dat komt door de kwaliteit van de brandstoffen. Echt, neem dat maar van mij aan.

9 cent korting

In 1972 opende Aers zijn eerste tankstation, in IJzendijke. “Dat is ons rijkswegstation, en de grootste van de zeven stations die we hebben. Met een uitgebreide bakery. Daarnaast hebben we nog een klein bemand station en vijf
onbemande stations. Drie onder het Esso-label en vier onder eigen label. Al sinds de start van ons bedrijf doen we zaken met ExxonMobil. Dat bevalt gewoon goed, er is geen reden om te veranderen.” Op de bemande stations geeft Aers 9 cent korting, op het onbemande station 15 cent. “Maar dat is ook de max, ik doe niet mee aan al die gekkigheid hier in de grensstreek. Waarom zou ik, op één van de onbemande stations zet ik 5 miljoen liter per jaar weg, dat wordt echt niet heel veel meer als ik lager ga in prijs. En bovendien; wat blijft er dan onderaan de streep over? Daar ben ik nu dik tevreden over.” Aers kijkt kritisch naar de toekomst van zijn tankstations. “Ik geloof sterk in multifuelstations met naast de fossiele brandstoffen ook andere vormen van energie als waterstof, een laadplein en veel faciliteiten als een uitgebreid restaurant met warme maaltijden en ruime parkeergelegenheid.” Laadfaciliteiten heeft Aers nu nog niet, misschien over een jaar, zegt hij. “En alleen op IJzendijke. Je bent namelijk ruimte nodig, en voldoende faciliteiten zodat mensen tijdens het laden even een kop koffie of een vers belegd broodje kunnen kopen.”

Het complete plaatje

Aers is overigens wel helemaal thuis in de wereld van laadpalen, laadpleinen en de inkoop van elektriciteit. “Ik heb contracten met drie gemeenten in Zeeuws-Vlaanderen en met Roompot. Ik verzorg voor deze partijen het complete plaatje; van de laadpalen tot de inkoop van de elektra en het onderhoud”, vertelt Aers. Ondertussen pakt hij zijn smartphone, opent een app en toont de kaart van Nederland en België. “Zie je die groene stipjes? Dat zijn de laadpalen die operationeel zijn. En dat rode stipje, dat is een laadpaal die in storing zit. Daar onderneem ik direct actie op, er is al een onderhoudsmonteur onderweg.” Het is een nieuwe tak van sport binnen het Zeeuwse bedrijf, waarvoor
twee jaar geleden een aparte BV is opgericht: Aers Energy. “Het is eigenlijk bij toeval zo ontstaan. Ik raakte op één van mijn stations aan de praat met een manager van Roompot.Hij vertelde over de worsteling die hij had met het vraagstuk laden en vroeg aan mij; kun jij dat niet regelen. De volgende dag zat ik op het hoofdkantoor.” Aers mocht in eerste instantie op een aantal parken een aantal laadpalen faciliteren. “Ik zit zo in elkaar; dan ga ik er dus vol voor. Ik kies de beste palen, maak de juiste afspraken met de stroomleverancier en ik zit er bovenop. Een storing? Dan gaan we er direct op af. Zo’n paal moet operationeel zijn, zeker op een park met gasten. Dan kan het niet zijn dat de helft niet werkt.” Het is ook die insteek die ervoor heeft gezorgd dat Aers inmiddels voor alle Roompot-parken in Nederland, België en Duitsland de laadvoorzieningen mag regelen. “Natuurlijk was er concurrentie, maar wij hadden het beste verhaal. En een aantal hele goede praktijkvoorbeelden”, glundert Aers. Hij werkt samen met Ecotap als het om de laadpalen gaat. Dit zijn semi-snelladers van 22kW en 32 ampère. “Die palen pas ik eigenlijk overal toe, ook in de samenwerking met de gemeenten. Weet je wat het is hier in Zeeuws-Vlaanderen? Wij zijn een begin- of eindbestemming voor pakweg 80 tot 90 procent van de elektrische rijders. Dat betekent dat je geen snelladers nodig bent, in vier uur tijd is 80 procent van de accu vol met deze oplossing. Nou, dat is prima voor de mensen hier en de mensen op een vakantiepark. En op een tankstation, ja daar moet je snelladers hebben. Daar wachten mensen echt geen uren voor een beetje elektriciteit.”

De toekomst van elektra

Tankstations zullen in de toekomst nieuwe kansen moeten aanboren, zo bleek ook eerder al uit het rapport ‘Tankstations in transitie, kansen in services en nieuwe energie richting 2035’ van onderzoeksbureau Berenschot. Hoewel benzine en diesel nu nog dominant zijn op het tankstation, zal de verkoop van ‘elektriciteit’ als energiebron voor auto’s groeien. Berenschot schetst twee scenario’s. Het eerste scenario is gebaseerd op de ambitie in het regeerakkoord van volledige nieuwverkoop van elektrische auto’s in 2030. In dat geval stijgt het aantal elektrische auto’s in het wagenpark substantieel tot 3,7 miljoen in 2030 en 6,3 miljoen in 2035. Maar om dit scenario waar te maken zullen alle maatregelen, die genomen moeten worden om de doelstelling van volledige nieuwverkoop van elektrische auto’s in 2030 te kunnen realiseren, ook daadwerkelijk moeten worden genomen. En dat is nog geen gelopen race; de (met name fiscale) maatregelen die het Klimaatakkoord nu voorstelt leiden tot een nieuwverkoop van circa 30 procent elektrische auto’s in 2030. Dit is beleid tot 2025. De onderzoekers verwachten daarom dat voor de periode 2025-2030 nieuw beleid zal worden geformuleerd, waarmee 60 procent nieuwverkoop haalbaar wordt. Dat percentage is dan ook waar het tweede scenario op is gebaseerd. In dit scenario is er een wagenpark van 2,3 miljoen elektrische personenauto’s in 2030 en 3,9 miljoen elektrische personenauto’s in 2035. Daarmee is ruim 40 procent van het personenvervoer elektrisch in 2035. Als dat wordt vertaald naar benzine en diesel, betekenen beide scenario’s dat de verkopen richting 2035 flink zullen afnemen. Afhankelijk van het scenario zal het verbruik afnemen met 36 procent (scenario 1) tot 66 procent (scenario 2) voor benzine. Ook neemt het dieselverbruik fors af met 33 procent (scenario 1) tot 68 procent (scenario 2) richting 2035. Tegelijkertijd zal het verbruik van elektriciteit toenemen van circa 0,5 TWh in 2018 tot maar liefst 8,9 tot 14,7 TWh in 2035.

Vliegwiel

De samenwerking met Roompot heeft voor hem en zijn bedrijf een vliegwiel in werking gezet. “Wij krijgen ineens ook aanvragen van projectontwikkelaars die een laadplein willen neerzetten op parkeerplaatsen bij appartementcomplexen en winkels. Zo gaan we binnenkort in Etten-Leur aan de slag.” Hiermee wordt de weg naar de toekomst voorzichtig geplaveid voor Aers Energy. “We doen nu 700.000 kW op jaarbasis, volgend jaar moet dat 2 miljoen zijn. En ik heb nu 150 laadpalen, dat zijn er volgend jaar 200 en het jaar erop 400”, aldus de Zeeuw. Toch is Aers Energy in omzet nog maar een klein onderdeel van het totale bedrijf, weet hij. “Ik denk dat we op 1 procent zitten, maar dat groeit. En ik had vijf jaar geleden niet kunnen vermoeden dat we zo snel en zo actief in deze nieuwe markt aanwezig zouden zijn. Maar het is belangrijk voor de toekomst van ons bedrijf en de toekomst van mijn jongens. En ook voor hen geldt; ondernemen zit in het bloed. We willen innovatief zijn, altijd vooroplopen en we gaan altijd voor poleposition.”