HET MEDEWERKERSTEKORT IN DE TANKSTATION-BRANCHE LOOPT OP. ER STAAT VOLGENS INGEWIJDEN INMIDDELS DE HELFT MEER AAN VACATURES OPEN IN VERGELIJKING MET DEZELFDE PERIODE VORIG JAAR. MOVE ON MAGAZINE VROEG DE BELANGRIJKSTE UITZENDBUREAUS EN INTERMEDIAIRS IN DE BRANCHE NAAR DE REDENEN. EN NAAR DE OPLOSSINGEN. “MEER UREN EN EEN HOGER SALARIS ZULLEN ZEKER HELPEN.”

Wie dacht dat de coronacrisis verlichting zou brengen op de arbeidsmarkt heeft het mis. Crisis of niet, er zijn namelijk nog steeds minder kandidaten dan vacatures. Bedrijven die hard zijn geraakt, hebben zichzelf opnieuw weten uit te vinden. Denk aan de boekenwinkel die een webshop is begonnen. Of het tankstation dat broodjes is gaan bezorgen. “Tijdens de lockdown was er even wat ruimte, horecamedewerkers wilden graag aan de slag in het tankstation. Maar sinds de heropening van de restaurants, zijn die mensen weer terug naar hun oude werkplek”, vertelt Marco Lub van Tankpersoneel. Volgens hem zullen werkgevers daarom extra slagvaardig moeten zijn in hun sollicitatieprocedures, want de ‘war for talent’ woedt nu heviger dan ooit. “De juiste kandidaten zijn schaars. En ja, er zijn altijd cycli waarin er meer of minder aanbod is op de arbeidsmarkt, maar de tekorten van nu zijn ongekend.” De coronacrisis is volgens hem hier de oorzaak van. “Wat normaal in jaren gebeurt, gebeurt nu in maanden. Aan de ene kant hebben medewerkers in de branche namelijk uren en dagen opgespaard, omdat bijvoorbeeld de bakery tijdens de lockdown gesloten was. Al die uren moeten nu in de zomervakantie worden opgemaakt. En waar dit normaal wordt opgevangen met studenten, lukt dat dit jaar niet. Die studenten zeggen bijna allemaal; we mogen weer reizen en we gaan dan ook weer reizen. Het werken en geld bijverdienen komt later wel.” Daar komt nog bij dat de tankstation-branche volgen Lub te maken heeft met een enorme concurrentie op de arbeidsmarkt. “Neem de priklocaties, daar zijn ook veel jongeren aan de slag gegaan. En die verdienen daar zomaar 16 euro bruto per uur. Dat red je niet in het tankstation.”

“Het is op dit moment een werknemersmarkt, geen werkgeversmarkt. En dat blijft voorlopig ook nog wel even zo, als ik het UWV mag geloven.”

Adri Hulshoff

DITS TankWerk

De bespaarstand

De coronacrisis heeft het tekort in de branche versterkt. Bij de uitbraak ging iedereen in de bespaarstand; tijdelijke contracten werden volgens de uitzendbureaus en intermediairs niet meer verlengd en het aantal uitzendkrachten werd stevig teruggebracht. Ook werd hier en daar gesneden in het vaste personeelsbestand. Maar op het moment dat het land weer een beetje openging, in de zomer van 2020, steeg ook de vraag naar mensen weer. Om vervolgens na de zomer, tijdens de tweede lockdown, meteen weer het medewerkersbestand terug te brengen. En zo is dat nog een keer gegaan aan het begin van dit jaar. Dat alles heeft volgens de uitzendbureaus en intermediairs effect op de moraal van de medewerkers, die de ene keer weer wel welkom waren en een paar maanden later niet meer. Hiermee kregen ze geen zekerheid, dat is een belangrijke reden voor velen om op zoek te gaan naar alternatieven. En die zijn er voldoende op deze arbeidsmarkt. Lub: “De supermarkten bijvoorbeeld hebben het sinds corona enorm druk en hebben nieuw personeel aangenomen. Veel mensen die ook heel goed in het tankstation aan de slag hadden gekund. En het bevalt die mensen prima; het salaris in de supermarkt is over het algemeen oké, de kantine is er leuk, de collega’s zijn vaak bekenden en de tijden zijn prettig. Die blijven hangen.”

Arbeidsmarkt is overspannen

Lub zegt ook dat er ietwat laat is gereageerd door de tankstation- ondernemers en oliemaatschappijen. “Wij zagen het al aankomen, en hebben de partijen geadviseerd vroegtijdig te starten met de werving van nieuwe medewerkers. Maar het is toch op het laatste moment aangekomen, en dan wordt het lastig. De arbeidsmarkt is zo overspannen, veel partijen vragen dezelfde mensen en als je dan niet met de juiste voorwaarden komt, dan gaat men elders aan de slag.” De tankstationmarkt werkt volgens Lub bijvoorbeeld veel met nulurencontracten. “Dat is natuurlijk niet aantrekkelijk. Ik ben er voorstander van om de medewerkers de uren te geven die zij willen. En natuurlijk moet dit passen, maar als eerste een nulurencontract aanbieden is niet de meest sympathieke optie.” Daarnaast vindt Lub dat er ook goed moet worden gekeken naar de capaciteiten van de medewerkers. “Kijk wat iemand kan en wil, en pas daar de werkzaamheden op aan. En wees voorzichtig met direct allemaal verantwoordelijkheden en regels. Dat schrikt af.”

Werknemersmarkt, geen werkgeversmarkt

Adri Hulshoff van DITIS TankWerk is het met Lub eens. “Het is op dit moment een werknemersmarkt, geen werkgeversmarkt. En dat blijft voorlopig ook nog wel even zo, als ik het UWV mag geloven. Zij zien de tekorten op de arbeidsmarkt voorlopig nog niet oplossen.” Het is een situatie die Hulshoff in zijn carrière in deze markt nog niet eerder heeft
meegemaakt. “De krapte is enorm, ten opzichte van het pre-coronatijdperk staat het dubbele aantal vacatures open. De EG Group gaf op LinkedIn bijvoorbeeld aan dat bij hen bijna 400 vacatures open staan. De situatie is echt nijpend.” Hoe is dit op te lossen? Vanuit werknemersperspectief is een goed salaris belangrijk. Ook willen medewerkers zich
gehoord voelen. En ze willen uren kunnen maken, blijkt uit onderzoek van het UWV. De tankstationbranche werkt nu vooral met contracten van gemiddeld 24 uur, weten de uitzendbureaus en intermediairs. Fulltime is vaak 32 uur, contracten voor bijvoorbeeld 38 uur zijn schaars. Zet dit af tegen een brutosalaris van €11,53 per uur, dan maakt dit de markt volgens de uitzendbureaus en intermediairs minder aantrekkelijk. Het zorgt er volgens die partijen ook voor dat er in de branche vooral bijverdieners actief zijn, en minder kostwinners. Ook Hulshoff wijst als deel van de oplossing naar het salarishuis. “Met hogere salarissen, waarvan je ook echt kan leven, trek je wellicht nieuwe medewerkers van een goed niveau. En met die werknemers kan de winstgevendheid ook worden verhoogd. Immers, tankstations werken massaal aan merk- en versbeleving. Margerijke concepten, waarin gastvrijheid de hoofdrol speelt. Medewerkers spelen hierin de belangrijkste rol.” Daarnaast ziet Hulshoff ook mogelijkheden in het verder upgraden van de secundaire voorwaarden. “Kijk, een tankstation is vaak alleen per auto te bereiken. Geef die medewerkers naast een marktconforme reiskostenvergoeding van 0,19 cent per kilometer ook nog een serieuze korting op de brandstof.” Ook andere randvoorwaarden zoals doorgroeimogelijkheden en scholing kunnen verder worden ontwikkeld en beter worden benadrukt. “Mensen hebben vaak toch het idee bij het werk in een tankstation van; de medewerker zit op de barkruk tussen de counter en het tabaksschap en helpt wat klantjes. Maar dat is dus niet juist. Het werk is ontzettend dynamisch, en er zijn kansen voor carrièregroei. Bovendien wordt er veel aan scholing gedaan. Vaak zijn het certificaten, bijvoorbeeld als het gaat om de verkoop van tabak”, aldus Hulshoff.

Doorgroeimogelijkheden

Het mag duidelijk zijn, Nederland zit in een hoogconjunctuur met als gevolg een lage werkloosheid. En met als gevolg een schaars werknemersaanbod. Daar heeft de ene werkgever meer laatst van dan de andere. Lokale spelers, die alles netjes hebben geregeld, die goed zijn voor hun mensen, die hebben minder verloop. Het is immers een bekend gegeven; mensen verlaten niet hun organisatie, die verlaten hun directe leidinggevende. Hulshoff ziet veel goed werkgeversschap in de markt. Lokaal en landelijk. “Er zijn marktpartijen, zoals Servauto (TotalEnergies), die hun best doen voor de medewerkers. Ze bieden mbo-opleidingen, met een waardevol diploma, een keurig CAO-loon, vaste aanstellingen en, als de situatie van de medewerker daarom vraagt, een contractbodem van 30 uur per week. Bij dergelijke werkgevers is de branche gebaat, dat straalt namelijk af op de totale sector.”