Ik dacht laatst; ben ik weleens onvriendelijk of niet goed geholpen in een tankstation? Nee. Ik kan het mij niet herinneren. En dat terwijl ik jaarlijks veel kilometers rijd en minimaal twee keer per week een tankstation bezoek.
Dat is eigenlijk uniek. Ik kom net als iedereen namelijk ook weleens in kledingwinkels. En daar gaat het wel mis. Medewerkers die vooral met hun mobiele telefoon in de weer zijn en soms zelfs kortaf en korzelig antwoorden. Wat is de reden dat ik dit niet in tankstations tegenkom? Heeft iedereen het zo naar zijn zin daar? Het moet haast wel. Het werk is immers divers en afwisselend. Er komen steeds meer horeca-elementen in de shop, die het werk leuk maken. En gasten, die verblijven er langer. Dus alle tijd voor een leuk gesprek. Typerend is het verhaal van Juut verderop in deze uitgave. Juut werkt in de bakery van Lagendijk in Schagen. Met een onvervalst West-Fries accent helpt ze gasten. En een lol dat ze hebben, Juut en de gasten. Het is opvallend en het maakt de locatie tot wat die is.
Maar dit alles neemt niet weg dat het overgrote deel van de tankbedrijven kampt met een hoog verloop van medewerkers. In 2019 stroomden bijna 5.000 medewerkers de branche in, maar daarentegen verlieten 4.400 medewerkers het werkveld. Wat kan hieraan worden gedaan, vroegen ze zich af bij Vollenhoven Olie. Zij hebben daarom de selectieprocedure, het verwachtingsmanagement en de uitkomst van exitgesprekken geanalyseerd. De resultaten hiervan toonden aan dat de mensen vaak afhaken nadat het eerste zevenmaandencontract is afgelopen. Ze vloeien dan af naar de horeca of detailhandel, zo is vanaf pagina 44 te lezen. Door enkele onderdelen van de procedures aan te passen, zag Vollenhoven Olie in 2020 al dat het verloop met bijna 20 procent was gedaald. Waar eerst paniek was bij het vinden van de juiste mensen en deze te behouden, weten stationsmanagers nu beter hoe ze kandidaten moeten werven met de lange termijn in gedachten.
Het typeert onze mooie sector. De uitdagingen zijn groot en op tal van vlakken aanwezig. Maar daar draait de gemiddelde ondernemer, cluster en oliemaatschappij zijn hand niet voor om. Kijk ook naar de belangstelling voor het plaatsen van laadpalen op het voorterrein. Uit een recente enquête van BETA bleek dat meer dan 50 procent van de tankstation-ondernemers (die deelnamen aan de enquête) binnen twee tot vijf jaar laadpalen plaatst. En dit zegt
men zonder duidelijk te hebben wat het verdienmodel precies wordt. Ook dat is ondernemen en ondernemerschap. Je nek uitsteken, ontwikkelingen zien en er doordacht op inspelen om ook op de lange termijn een goede boterham
te kunnen blijven verdienen. Geen uitdaging lijkt te groot.